6 Oktober 2017

Ik heb deze week besloten om terug te keren naar mijn oude stek. Of ik er verstandig aan doe, weet ik (nog) niet. Wellicht ben ik te vroeg naar en andere stek verkast of is de najaarsstorm die mij parten heeft gespeeld. Hoe dan ook de oude stek wordt weer netjes aangevoerd met het bekende recept. Ik wijzig wel één ding en dat is dat ik de gekookte maïs meng met gekookte hennep. Dat spul werkt in alle omstandigheden en kan nou net het zetje geven om de karpers terug te laten keren.

Halverwege de middag heb ik mijn spullen in de boot geladen en rij met het hele zaakje naar de trailerhelling. Daar is het uitgestorven en kan ik snel mijn ding doen. Niet veel later ben ik onderweg en vaar binnen het bekende uurtje naar de stek. Ook daar hetzelfde ritueel en net voor vijf uur gaat de eerste hengel te water. Paar hele en halve bollen erom heen en dan maar weer wachten. Net zoals de vorige keren dood ik de tijd door met een vaste hengel op voorns te vissen. Twee uurtjes later staat de teller op 1 grondeltje. De voorns en bleitjes zijn nergens te bekennen. Dat valt tegen en voor mij ook een veeg teken dat de karpers de stek ook hebben verlaten.

De hele avond regent het en is er een straffe wind uit het noordwesten. Tegen het begin van de nacht wordt het droog en breekt de hemel open. Niet veel later sluit ik de luiken en val rap in slaap. De temperatuur zakt naar 10 graden en daar merk ik weinig van. Net na het eerste licht word ik wakker. Draai me nog eens om en slaap een uurtje of wat verder. Tegelijkertijd draait de wind naar het zuidwesten en trekt flink aan naar kracht vijf. Ook de regenbuien arriveren weer en heb ik al mijn spullen in mum van tijd zeiknat.

Tegen half tien ben ik het zat en ruim de natte brut op. Check nog even de watertemperatuur die op 13,2 graden is blijven steken. De harde wind uit het zuidwesten en de vele koude regenbuien hebben ervoor gezorgd dat de vissen naar andere oorden zijn vertrokken. Waarheen? Ik heb werkelijk geen idee. Maar mijn besluit staat vast: ik ga terug naar het talud naar dieper water. het moet toch een kans bestaan dat de karpers zich daar ergens ophouden? Wishfull thinking?  Wellicht…