3 Mei 2016

Gisteren was een bijzondere dag. Na maanden van voorbereiding, contacten leggen en overleg eindelijk het licht op groen. Een lange rit voor de boeg, maar het werd de moeite waard. Waar het over gaat? Lees gerust verder.

Eind januari van dit jaar was Carp Zwolle. Naast het feit dat de bezoekers nieuwe spullen kunnen bekijken en kopen, is het ook interessant voor bedrijven om contacten met elkaar te leggen. Ik heb het hier niet over de jaarlijkse stoelendans tussen de gesponsorde karpervissers maar echt over de bedrijven zelf. Eén van die bedrijven is het overbekende Korda. In de laatste DVD’s van deze firma, zie je dat het accent meer en meer op de continentale visserij komt te liggen. De belevenissen van Darrell Peck op Oriënt eind vorig jaar zijn wel bekend bij iedereen.

Korda zocht contact met Arjan Verkoelen van Dé Karperbootshop en is op Carp Zwolle uitgebreid met elkaar gesproken om nader kennis met elkaar te maken. Beide firma’s hebben in het verleden vaak hun neus gestoten omdat wannabees hen van alles beloofden en als de buit eenmaal binnen was, je lieten zitten met niks. Met andere woorden, veel beloven en niks nakomen. Dus wil je eerst zeker van je zaak zijn.

Na de beurs bleef de communicatielijn open en was er op gezette tijden info uitwisseling. De contacten werden intensiever. Uiteindelijk kwam het tot gesprekken en werd de vraag concreter. Uiteraard gaat het hier om de Vortex rubberboten. Korda wil graag de komende jaren gebruik gaan maken van de Vortex boten met toebehoren in hun jaarlijkse film en natuurlijk ook voor privégebruik. Je hebt het dan over complete boten met elektromotoren, accu’s, laders, zwemvesten en dergelijke. Dan praat je over serieus geld. Daar moet dus wel wat tegenover staan.

Danny Fairbrass en Darrell Peck zijn drie weken op een locatie in Duitsland om een groot deel van de nieuwe Masterclass DVD op te nemen welke in januari 2017 uitkomt. Arjan kreeg het verzoek om deze week alle boten en toebehoren te leveren tijdens de filmopnames. Klein probleempje was dat Arjan met vrouwlief een weekje op vakantie zou gaan. Gelukkig voor Arjan had zijn wederhelft alle begrip voor de situatie dus dat probleem was dan ook snel opgelost. Omdat de filmlocatie bijna 500 kilometer vanaf zijn huis ligt, vroeg Arjan mij of ik mee wilde om als ondersteuning te fungeren. Even op een dag 1000 kilometer op en neer te rijden in je eentje is geen sinecure. Ook ik moest mijn planning omgooien maar kon ik hem positief antwoorden.

In alle vroegte zijn we vanaf Leeuwarden vertrokken richting Duitsland. Omdat je genoeg over te praten hebt (zie vorige blog), vliegen de kilometers vanzelf voorbij. Helaas bleek dat er op de route flink aan de weg werd gewerkt waardoor we veel vertraging opliepen. Desalniettemin arriveerden we toch op tijd bij het meer waar de filmopnames worden gemaakt. De mannen van Korda en de filmcrew waren nog niet aanwezig, maar we maakten al wel kennis met enkele consultants van het Duitse team. Na een half uurtje arriveerden de Engelsen waaronder Danny Fairbrass, Darrell Peck en de filmcrew. Na de kennismaking en wat zakelijke besprekingen, de drie boten uit de bus getrokken en gedemonstreerd hoe e.e.a. in zijn werk gaat. Darrell hield zich wat op de achtergrond en Danny had duidelijk de leiding.

SONY DSCNadat we twee boten compleet hadden opgetuigd, besloot Danny dat niet hij gefilmd zou gaan worden tijdens het oppompen van de boot maar Arjan en ik. Hij was van mening dat wij veel handiger zijn dan hij als het om Vortexboten gaat. Dus hebben we één Vortex helemaal opgepompt en alle accessoires gemonteerd terwijl de filmcrew op aanwijzing van Danny Fairbrass de opnames maakten. Hij had verder bedacht dat zij gedurende de film zouden gaan praten over de Vortexboten en dan zouden deze opnames in gemonteerd worden. Verwacht nou niet dat ik of Arjan in beeld komen, maar onze handjes denk ik wel. Niet dat ik dat zo interessant vind, maar als je later de film te zien krijgt, kun je altijd zeggen dat het jouw handen zijn die door het beeld wieberen.

Na de opnames heb ik ze nog wat tips en tricks verteld hoe met de boten om te gaan. Dus de do’s en don’ts. Daarna werden we uitgenodigd met hen nog een hapje te eten alvorens we de terugweg zouden aanvangen. We kregen ook even de tijd om in het algemeen met de mannen te kletsen. Hoewel de week ervoor de weersomstandigheden erg slecht waren geweest – ze hadden zelfs sneeuw gehad – lukte het hen wel om 9 vissen te vangen van behoorlijk formaat. Nu met het betere weer in aantocht, zou het hen helemaal moeten lukken om een paar prachtige vissen te scoren.

SONY DSC

Na het eten hebben we nog even een paar groepsfoto’s gemaakt die nu ook op Facebook en commerciële websites staan. Ik had min of meer verwacht dat ze hier niet voor te porren waren, maar Danny vond het prima en dus zaten we even later met z’n vieren in een Vortex voor een paar leuke foto’s. Uiteraard hebben we nog een paar aardige filmpjes gemaakt voor eigen gebruik.

SONY DSC

Tegen halfvier zaten we weer in de auto om naar huis te rijden. Helaas was het direct raak met files en aangezien Arjan wel een beetje de pijp uithad (hele weekend hard gewerkt en de nacht hiervoor een paar uurtjes geslapen), heb ik maar even als chauffeur gefungeerd. Met Arjan naast mij ronkend, heb ik de honderden kilometers weggeblazen. Vlak voor de Nederlandse grens werd hij weer wakker en anderhalf uur later stonden we in de eerste regenbuien op de carpoolplek. Arjan zou daarna doorrijden naar zijn vakantiebestemming; ook nog eens twee uren extra sturen. Tja, je moet het er maar voor over hebben. Ik daarentegen zat een half uurtje later aan de spaghetti.

Al met al een enerverende dag en heb mij prima vermaakt. Ook een beetje achter de schermen kunnen kijken hoe zo’n Kordafilm wordt gemaakt. Ik heb e.e.a. goed opgeslagen in mijn grijze cellen. Ik heb gezien dat je met simpele middelen en met wat creatieve ingevingen een goede instructieve film kunt maken. Daarnaast is het natuurlijk leuk om met die mensen kennis te maken en ik moet zeggen dat ze absoluut geen kapsones hebben. Prima gasten om een praatje mee te maken. Wellicht spreek ik ze over twee weken weer.

Gisteravond laat nog naar het water gereden en een kilo bollen over de stek verspreid, net als de voorgaande twee dagen. Hoewel het pikkedonker is, voelt het allemaal goed aan. Ik heb echt het gevoel dat ik ga vangen. Ik zie dan wel geen tekenen van karpers, maar de vleermuizen zijn wel actief en dat is meestal een goed teken. Terwijl ik terug naar de auto loop, krijg ik en passant nog een plensbui op mijn hoofd. Boeien…

Vanmiddag op tijd de spullen gepakt en de boot beladen. Het voelt alweer als een standaard ritueel. Even later de boot traileren en daarna ben ik al snel op het water onderweg naar de stek. Ik doe het rustig aan en geniet van de omgeving. De eerste groene scheuten van nieuw riet wordt steeds meer zichtbaarder. Twee kilometer verderop passeer ik een koppel ganzen met in hun kielzog zes jonkies. Ik vaar er langzaam langs en geeft het me de tijd om het jonge spul rustig te bekijken. Pa en ma zijn wat minder blij met mijn belangstelling, laat hen na een minuutje met rust en vaar door naar het deel van de Friese Boezem wat ik voor ogen heb. En zoals gewoonlijk arriveer ik na ruim een uur varen op de stek.

In een zucht en een steun heb ik vier steekstokken naast de boot in de bodem gedrukt en kan ik beginnen met de drie hengels in orde te maken. Net voor de klok van vieren liggen die allemaal op de beoogde plekken. De linker net voor wat losse biezen op de scheiding tussen hard en zacht. De middelste in het midden waar de bodem erg zacht is en de rechter voor de rietkraag aan de overkant, ook op de scheiding van klei naar slib. Aansluitend voer ik verspreid over het hele deel een tiental bollen. Het water is ruim veertien graden dus een paar bollen extra kan geen kwaad. Omdat de wind uit de gunstige hoek waait, verpulver ik een aantal boilies met de Krussa en schiet het kruim/stukjes met de katapult hoog de lucht in. Het kruim wordt dan door de wind meegenomen en verspreid over het wateroppervlak uitgestrooid. Dit geeft een ontzettend effectief voerspoor zonder dat de karper het kan eten. Hopelijk activeert het de vis om te gaan zoeken.

SONY DSCGezien het mooie weer, laat ik de kap nog even naar beneden en geniet ik van de zon. De noordwestenwind is best wel fris en als ook de wolken regelmatig voor de zon drijven, is het minder aangenaam dan ik in eerste instantie dacht. Tegen de klok van vijven word ik door een potentiële opdrachtgever gebeld. Ik ben druk in gesprek als de top van de rechter hengel krom wordt getrokken en de beetmelder begint te piepen. Ik kan het gesprek niet afbreken en besluit de gehaakte karper maar zijn gang te laten gaan. Ondertussen hoop ik maar dat die aan de haak blijft plakken. Ondanks mijn subtiele pogingen om het gesprek zo spoedig mogelijk te beëindigen, duurt het toch nog drie minuten alvorens ik de hengel kan pakken. Dat mijn grote vreugde hangt de karper er nog aan. Van een leuke dril is al geen sprake meer en kan ik de boosdoener makkelijk naar de boot pompen. Onder de top zie ik een schubkarper zijn rondjes draaien. Na wat tegenspartelen, ligt ie daarna in het schepnet en kan ik hem binnenboord tillen. Op de onthaakmat zie ik dat de schub toch wat groter is dan ik in eerste instantie dacht. En met 74 centimeter en 16 pond en 4 ons ben ik een blije visser. Snel een paar foto’s maken en terugzetten. Lekker, de kop is eraf.

Even later heb ik een nieuwe onderlijn geknoopt en de hengel opnieuw naar de vangende plek uitgeworpen. Na een half uurtje begint de twijfel bij mij in te sluipen. Ik ben niet tevreden met de lengte van de haar tussen boilie en haakbocht. Dus draai ik de boel weer in en knoop dit keer wel een goede onderlijn. De long shank maat 6 met een glijdend ringetje op de haaksteel heeft nu veel meer ruimte om te draaien en zitten de twee boilies dit niet in de weg. Een minuutje later ligt alles weer op de goede plek.

Een uurtje later maak ik mijn avondeten klaar en hou ondertussen het water in het oog. De eerste aanbeet kwam dus snel en ik vermoed dat er meer karpers rondhuizen. Net na negen uur zie ik boven de plek waar de rechter hengel ligt een karper draaien. Kijk, dat zie ik graag. Een teken dat er meer vissen actief zijn. Alleen weet ik ook dat het niet meteen betekent dat ik vlot een aanbeet krijg ondanks dat de vis bovenop het aas zit. Tegelijkertijd valt de wind weg en wordt het bijna bladstil. Ook het wolkendek verdwijnt en worden de eerste sterren zichtbaar. Dat betekent ook een koude nacht in het vooruitzicht.

Ik blijf het water in de gaten houden. Ik zie de damp al van het oppervlakte stijgen. Niet zo vreemd omdat de luchttemperatuur veel lager is geworden ten opzichte van het water. Mij maakt het niet veel uit omdat het bijna niet waait; dan zal de watertemperatuur niet hard gaan dalen. En terwijl het aardig donker begint te worden, krijg ik net na halfelf een piep op de linker hengel. Een paar seconden later weer een piep en zie ik de waker een stukje omhoog tikken. Aha, dat betekent maar één ding: beet! Terwijl mijn beide handen richting de hengel gaan, begint de beetmelder te fluiten. De vis heeft zich geprikt en zwemt nu in paniek weg.

Als ik aansla en de slip een stukje dichter draai, krijg ik een flinke beuk op de hengel en hoor ik op dertig meter afstand dat de karper een flinke kolk aan de oppervlakte slaat. En zo te horen gaat het hier niet om een kleine vis. De karper trekt een paar meter lijn van de spoel en zet daarna koers naar rechts. Ik leg beide andere hengels met de toppen onder water zodat ik geen last van ze heb als ik de karper naast de boot moet gaan drillen. Ondertussen blijft de karper op de lengte van de lijn naar rechts koersen. Ik kan geen lijn winnen, maar de karper trekt ook geen lijn van de spoel. Ik voel een rustig massief gewicht zwemmen.

De vis passeert het denkbeeldige snijpunt en blijft naar rechts koersen. Dan besef ik mij wat die van plan is. Die wil rechts het hoekje om en dat betekent met alle takken die daar liggen onherroepelijk lijnbreuk of een losser. Slip een stukje dichter en ik voer de spanning op. De eerste seconden geeft de vis geen krimp en voer ik de druk verder op. Dan voel ik de hengel een stukje terugveren. Direct spoel ik lijn op en herhaal het kunststukje nog een keer. Weer kan ik lijn opspoelen. Zo pak ik meters en verkort de afstand naar de plek des onheil.

Ik heb geen idee hoe groot de afstand is tussen mij en de vis. Wel hoor ik even later het toploodje tegen het topoog van de hengel tikken. Dat betekent dat de vis best nog wel wat lijn heeft en dat ie minstens nog twintig meter van mij vandaan is. En hij koerst nog steeds verder naar rechts. Ik blijf druk houden en probeer nog steeds lijn te winnen. De hengel staat behoorlijk krom en de top wijst evenwijdig met de boot. Mijn hartslag loopt op omdat ik weet dat als de karper deze richting aanhoudt dat ik echt alle zeilen moet bijzetten om hem uit de takken te houden.

Plotseling voel ik de vis keren en als ik lijn win, hoor ik het toplood over de lijn glijdend in het water ploppen. Dat betekent dat de vis niet ver meer van mij vandaan is. Ik leg het schepnet al in het water en zet de slip wat losser. Een halve minuut later heb ik de karper onder de top. Daar slaat die een paar grote kolken en als ik mijn rode hoofdlampje aandoe, zie ik een brede spiegel de oppervlakte doorbreken. Als de spiegel voor de tweede keer aan de oppervlakte komt, schuif ik het schepnet eronder en hijs die omhoog. Hoppa, die zit erin.

Ik laat de vis even in het net zitten zodat ik tijd heb om de hengel weg te zetten (borg ik met klittenband aan de kap), onthaakmat goed neer te leggen en de meet- en weegspullen klaar te leggen. Als ik het net pak en even in het rode licht de spiegel aanschouw, zie ik dat ik een grotere spiegel in het net heb dan ik even daarvoor dacht. Armen uit het spreidblok, net een stukje oprollen, kijken of de vinnen goed zitten en het zaakje binnenboord hijsen. Terwijl ik de vis over de rand van de boot til, besef ik mij dat ik iets bijzonders heb gevangen.

Op de onthaakmat trek ik het net open en zie een groot spiegellichaam liggen. Allemachtig, dit is veel groter dan ik in jaren heb gezien. Ik zie ook dat de Wide Gape haak mooi achter de onderlip zit maar dat de punt in het schepnet vastzit. Dus vlug een schaar gepakt en het net kapot geknipt. Veiligheid van de vis gaat voor. Daarna meet en weeg ik de spiegel. Als ik de wijzer van de unster zie rondgaan, kan ik mijn ogen niet geloven. Het blijkt mijn zwaarste SKPspiegel tot nu toe. Hij is bijna net zo breed als hoog. Waarschijnlijk vol met kuit en flink op het aas gezeten. Omdat ik goede foto’s wil hebben, hang ik de spiegel even later in een bewaarzak naast de boot. Tegelijkertijd houd ik mezelf voor om nu toch eens echt een paar bewaarweegzakken aan te schaffen. Die nemen wel wat ruimte in, maar zijn blijkbaar beter voor de vis dan de “oude” bewaarzakken.

Even later zit ik met trillende handen een nieuwe onderlijn te knopen en een PVA kous te vullen. Aparte hobby toch. Zit je als volwassen vent te trillen op je stoel nadat je een karper hebt gevangen. Kan me niks schelen wat een ander ervan vindt. Voor mij nog steeds een teken dat ik van mijn hobby hou en dat het emoties bij mij losmaakt. En het formaat karper zal voor een bepaalde groep lezers als gemiddeld worden beschouwd. Prima, heb ik geen moeite mee, maar voor mij blijft het een grote vis. Ik vang veel karpers maar de grote formaten blijven een zeldzaamheid omdat ze nu eenmaal minder voorkomen. En in het slok water waar ik vis, wordt de spoeling sowieso dunner. Dus vandaar dat de vangst van deze spiegel wat met me doet.

Half uurtje later ligt de snowman weer op de geijkte plek en app ik enkele insiders de vangst van de spiegel. Gelukkig zijn de reacties positief. Vanwege de adrenaline laat ik de slaapzak voor wat die is en dood de tijd met wat koppen koffie en dergelijke. Net na halféén krijg ik een piep op de middelste hengel. Inspectie van de hengel leert mij niks. Waker hangt op dezelfde plek en er lijkt of een vleermuis de lijn voor de top heeft beroerd. Dan zie ik de waker zakken en geeft de beetmelder weer een piep. Ik ros de hengel van de steunen en ram de haak verder in de bek. Ik voel meteen weerstand maar de lijn loopt niet naar de plek toe waar het lood met onderlijn oorspronkelijk lag. Nee, de lijn loopt naar links naar de rietkraag. De karper is op de lengte van de lijn gaan zwemmen zonder dat ik een indicatie kreeg.

In het sterrenlicht zie ik een kolk ontstaan net voor de rieten waar de linker hengel ligt. Ik verwacht dat deze karper meteen de rieten in zal duiken, maar dat gebeurd niet. Ik begin onmiddellijk met pompen om de vis naar me toe te krijgen en van gedachten te laten veranderen. Lijn kan ik wel winnen, maar de vis houdt stand voor de rietkraag. Na een kleine minuut heb ik de afstand gehalveerd. Toch beseft de vis blijkbaar dat ik de lead heb en niet hij. Ik krijg een beuk en direct valt de spanning van de lijn: los! Ik baal als een stekker. De eerste losser van dit jaar. Tja, statistisch zat het eraan te komen. Het neemt niet weg dat ik niet blij ben. Anderzijds heb ik de buit toch al binnen.

Ik knoop snel een nieuwe onderlijn, hang een PVA kous met hele en gebroken boilies inclusief drie soorten pellets van CC Moore aan de haak en werp het naar de plek waar ik hem hebben wil. Een twintigtal voerbollen erom heen en het wachten kan weer beginnen. Het valt me ook op dat de wind is gedraaid naar het westen en dat er een heel kleine kabbel op het water staat. Dat zal in de ochtend weleens een voordeel kunnen worden als de zon op het water gaat schijnen.

Als ik in de slaapzak lig, kan ik eerst de slaap niet vatten. Ik ben zeer content met de vangst van deze spiegel. Ik mag dit voorjaar tot nu toe niet veel vangen, het gemiddelde formaat ligt een stuk hoger dan voorgaande jaren. Dus klagen zal ik niet. Gezien de berichten op Facebook van andere karpervissers hier in de omgeving die gemiddeld 3 nachten per week vissen, doe ik het zelfs beter dan gemiddeld. Niet dat het me echt interesseert omdat ik uitga van mijn eigen visserij, maar als benchmark wel prettig. Beetje competitie kan geen kwaad. Uiteindelijk kan ik de ogen niet openhouden en val in slaap.

Tegen acht uur ben ik wakker. Met een kleine teleurstelling moet ik constateren dat de nacht verder geen aanbeten meer heeft opgeleverd. Gezien het prachtige weer – zon met een flinke kabel op het water – verwachte ik nog wel dat een karper op de voerstek zou scharrelen, maar blijkbaar heb ik dat niet goed ingeschat.

Als ik even later de spiegelkarper wil gaan fotograferen, blijkt dat een sportvliegtuigje continu rondjes boven mij draait. Dat gaat een half uur door. Ik vind het maar vreemd. Hij blijft hetzelfde circuit maar vliegen en ik voel mij aardig bekeken. Ik besluit dan ook om te wachten. Voorkomen is beter dan genezen. Voor hetzelfde geld zit daarboven een karpervisser te loeren naar wat ik aan het doen ben. Paranoia misschien? Wellicht maar ik neem geen enkel risico.

Als het sportvliegtuigje eindelijk aan de horizon verdwijnt, zet ik de spullen neer en vijf minuten later zwemt de spiegel haar vrijheid tegemoet. Gezien de zonnestand moet ik wel wat trucjes uithalen om de belichting goed te krijgen. Het resultaat is goed. Naast een paar commerciële platen ook een paar gewone normale foto’s gemaakt.

SONY DSC

Omdat het zulk prachtig weer is en ik mijn agenda vrij heb, besluit ik om te blijven en het allemaal mee te pikken. Af en toe een kop koffie met een krentenbol en zo een beetje over het water turen. Ik dwing me dan ook om rustig te blijven zitten en te genieten van het weer en de omgeving. Voordeel is wel dat je kans houdt op een verlate aanbeet, maar ook dat je wat meer op dikte komt met het water. Het lijkt dat je tijd weggooit. Toch vind ik het welbesteed want je krijgt beter zicht op het water. Kijk, normaliter kom je aan het eind van de middag of begin van de avond aan. Spullen klaar maken en starten met vissen. Binnen een paar uur is het donker en zie je geen fluit. Nadat je ’s ochtends wakker wordt, moet je vaak snel inpakken en wegwezen om op tijd op het werk verschijnen. Tijd om het water in je op te nemen, is er bijna niet. Daardoor mis je vaak belangrijke aanknopingspunten.

Tegen één uur vind ik het genoeg en ruim mijn visspullen op. Op mijn gemakje voer ik de restant boilies over de stek op en vaar met een uitstekend gevoel naar huis. De weersvoorspellingen zijn minder positief. De temperatuur knalt omhoog naar de 25 graden. Het zal me niks verbazen als de vissen in rap tempo naar de paaigebieden trekken en ons het nakijken geven. Dan is het tijd om de vissen even met rust te laten en hun ding te laten doen. Daarna is het mijn beurt weer.