17 april 2018

Ik heb de afgelopen 3 dagen volgens planning gevoerd. Dat wil zeggen dag 1 meer dan gemiddeld, dag 2 overgeslagen en dag 3 minder dan gemiddeld. In het najaar werkt dit voerschema ook altijd in mijn voordeel, dus wellicht nu ook in het voorjaar. De komende dagen is zomerweer voorspeld met het kwik rond de 25 graden. Of de karpers daar blij van worden van een dergelijke overgang? Ik denk wij als karpervisser sowieso niet.

Aan het einde van de ochtend ben ik met de boot onderweg naar de stek. Ik doe het op mijn gemakje. Hoewel de zon fel schijnt, is het best wel fris en kan ik niet in T-shirtje zitten. Onderweg kom ik een drietal reeën tegen die zich niets van mij aantrekken. Ook twee koppels buizerd zitten mij wat aan te staren vanaf een hek. Ik baal dat ik mijn camera niet klaar heb te liggen. Elke keer neem ik me dat voor en vergeet het toch weer. Ik moet het dan maar doen met de herinneringen in de grijze cellen.

Als ik op de stek arriveer, zit ik even in dubio waar ik de boot zal neerleggen. De wind is nu zuidwest met een kracht 3 en zal gaan draaien over zuid naar oost waar hij de komende 2 dagen zal blijven. Ik besluit om alvast te anticiperen op deze wind en leg de boot langs een rietkraag vast aan de 4 steekstokken. Daarna de hengels in orde maken en die liggen net na enen verspreid over een strook van iets meer dan 100 meter. Ik beperk het bijvoeren tot een handjevol bollen per hengel. Eerst maar eens zien wat voor aasactiviteiten de karpers aan de dag leggen. Bijvoeren kan altijd. Eruit halen dus niet.

Hoewel ik in eerste instantie denk dat ik hier prima op het zonnetje kan zitten met alleen een hoody, kom ik daar snel op terug. De fleece is echt wel nodig en zelfs dan nog vind ik het fris in de nek. De luchttemperatuur lijkt 20 graden maar voelt eerder als 14 graden. De watertemperatuur is 14,3 graden en zit ik niet eens op de kant waar de wind opstaat. Het is licht bewolkt maar er hangt wel een soort van sluier aan de hemel waardoor de zon niet ten volle schijnt.

Tegen 3 uur verschijnen 2 rubberbootjes met 2 snotapen erin. Eén boot herkenning van de vorige keer. Ze komen op volle snelheid op me afvaren. Nou ja, ik kan beter zeggen: op me afblazen. Hier heb ik dus geen zin in en brul op vol vermogen dat ze bij moeten draaien vanwege mijn vislijnen. In eerste instantie geen reactie, maar als ik daarna weer vol uit mijn huig ga, draaien ze om. Niet even van het gas af, nee op volle snelheid draaien. Ik zie dan ook dat de kleinste rubberboot (schat 2.40) een 8 PK benzine motor erachter heeft hangen en dat de boot geen registratienummer heeft. Dat vermoede ik al. Dan zal die snotaap ook wel geen vaarbewijs hebben. Hoe dan ook voor de linker en middelste hengel is de stilte doorbroken door dat gekloot met die bootjes erboven. En er staat maar 1.20 diepte onder de kiel. Voorlopig zijn deze 2 hengels kansloos.

Een uurtje later blijkt dat ik het toch negatiever heb ingeschat want ik krijg een fluiter op de middelste hengel. Aangezien ik op een stoel er vlak naast zit, heb ik de hengel in een fractie van een seconde in mijn handen. Na de aanslag krijg ik een dreun terug, maar er wordt geen lijn van de spoel getrokken. De karper trekt wel op de hengel. Ik kan voorzichtig al pompend lijn winnen en de karper naar me toe trekken. Eenmaal onder de top beukt de karper een paar keer flink op de hengel waardoor ik even bang ben dat de haak zal lossen. Voor de zekerheid zet ik de slip ietsjes losser om de eerste klappen op te kunnen vangen zonder dat er teveel spanning van de lijn gaat. Het gaat wonderwel en doordat de zon aardig op het wateroppervlakte staat te schijnen, zie ik dat een langgerekte schubkarper de boosdoener is. Een tiental seconden later ligt ie in het schepnet.

Op de onthaakmat inspecteer ik onmiddellijk de positie van de haak. Ik wil dit weten omdat ik de vorige keer mijn standaard onderlijnen heb ingekort en zelfs de haakmaat heb vergroot. De Kurv Shank haak van Korda (maat 4) zit 2 centimeter onderin de hoek van de bek net onder de scharnier. Nog steeds niet optimaal van wat ik zou willen, maar het begin is er. De haak zit stevig vast en ik moet wat kracht zetten om de los te krijgen. Daarna hang ik de schub even in de weegzak in het water. Dan kan hij even bijkomen en kan ik de hengel weer in orde maken en de camera’s installeren. Tien minuten later is alles gepiept en zwemt de schub weer vrij in zijn biotoop rond. Uiteraard schrijf ik alles weer op in mijn logboek en noteer voor de schub: 88 centimeter en 25 pond en 3 ons. Hoppa, een goed begin van deze sessie.

IMG_1101

Tegen de klok van 7 uur prop ik de warme hap naar binnen. Nasi met kipsaté. Aangezien ik helaas ben vergeten om de extra satésaus mee te nemen, smaakt het hele goedje nergens naar. Het is voeding zoals ze in het verleden in het leger tegen me zeiden. Het hoeft niet te smaken als je er maar energie uithaalt. Zal allemaal wel, maar mijn smaakpapillen willen ook verwend worden. Ik spoel de ‘voeding’ met een glas Rosé weg en dat compenseert de smakeloze hap enigszins.

Een uurtje later komt er een aluminium boot aanvaren met 2 gasten erin waarvan de voorste een verrekijker om de nek heeft. Van een afstandje word ik door hem bekeken. Geen probleem. Met mijn verrekijker kijk ik goedlachs terug. Daarna draait hij zich om en observeert de weilanden. In een half uur tijd doen ze een rondje en komen terugvaren. Ik blijf hun scherp in de gaten houden want ze komen recht op me afvaren. Het zal toch niet dat ze vlakbij komen? Ik heb even de neiging om al te gaan brullen, maar iets in mij zegt nog even te wachten. Dat blijkt een goede beslissing. Ze draaien bij en varen rustig met een boog om me heen. Het is weer een zorg minder. In het voorbijgaan groeten we elkaar en even later verdwijnen ze uit het zicht.

De zon zakt langzaam weg achter de horizon. Ik maak nog een paar foto’s met de hengels op de voorgrond. Ziet er qua kleurcombinatie mooi uit. Ik kan op de computer en een fotoshopprogramma dit ook wel bewerkstelligen maar ik hou het liever wat natuurlijker. De kwaliteit is dan wellicht niet optimaal, maar ik vind het mooi zat zo. Daarna ga ik er eens goed voor zitten. Er is veel leven van vis aan de oppervlakte en ik ben benieuwd of de karpers ook tekenen van activiteiten laten zien. En inderdaad, binnen ruim een half uur zie ik vier keer een karper of rollen of kop en schouderen. Dit is hier zeldzaam en komt dus bijna niet voor. Ik vraag me af of dit ook leidt tot azen. Wat me wel opvalt, is dat de activiteiten van deze karpers eerder van mij verwijderen dan dat het naar de voerplek toe is. Welke conclusie moet ik daar aan verbinden? Trekken de karpers daadwerkelijk weg? Is dit van tijdelijke aard en keren ze in de aankomende donkere uren terug? De praktijk gaat het leren. In de tussentijd krijg ik nog een lijnzwemmer op de middelste hengel. De swinger stijgt even en zakt daarna weer naar de oude positie. Later op de avond krijg ik op dezelfde hengel nogmaals een dergelijke indicatie. Zwemmen de karpers dichter bij de boot dan ik zou verwachten?

Tegen half 11 is de volledige sterrenhemel zichtbaar en de maan is nog heel klein. De wind neemt af en is nauwelijks voelbaar. Persoonlijk hou ik van een flinke kabbel op het water, maar dat kan ik nu wel vergeten. Ervaring leert dat het de karpers niet zoveel uitmaakt. Voordeel is wel dat gedurende nacht de wind het water niet zal laten afkoelen. Dat is dan wel weer gunstig.

Als ik aan het begin van de nacht mijn slaapzak inschuif, hoor ik af en toe nog vissen rollen. Je zou toch bijna gaan denken dat de vissen ‘vol’ op het aas zitten. Toch heb ik dit eerder ervaren dat de rollende vissen niet persé aan het azen zijn. Wat de redenen zijn waarom ze dit doen? Geen idee. Zijn ze wellicht blij? Hebben ze last van parasieten? Is er een weersverandering opkomst door bijvoorbeeld een hogedrukgebied? Het kan allemaal met elkaar te maken hebben. Hoe het ook zij, ik kan het in ieder geval niet beïnvloeden.

Om 6 uur word ik gewekt door blèrende ganzen. Het begint te dagen in het oosten en de natuur moet nog wakker worden. Gaat een koppel ganzen daarvoor zorgen. Het blijven vervelende beesten. Omdat ik toch wakker ben, maak ik van de tijd gebruik om het water te observeren. Er is in het licht kabbelende water af en toe visactiviteit waar te nemen, al wordt die niet veroorzaakt door karpers. Na een uurtje hou ik het voor gezien en kruip de snurkzak in. Lang lig ik er nog niet in als ik een zakker en daarna straktrekker krijg op de middelste hengel. Snel eruit en de hengel naar achteren heffen. Contact!. De slip geeft een meter lijn af en daarna kan ik de karper vrij gemakkelijk naar de boot toe trekken. Eerst draait de schubkarper een paar rondjes onder de top om  daarna gas te geven. Regelmatig trekt de karper een paar meter van de spoel die ik in het geef en neem spelletje weer kan terugwinnen. Dat gaat zo 10 minuten door als ik uiteindelijk het schepnet onder de vis kan schuiven. Hoppa, die is binnen.

Op de onthaakmat ontdek ik dat de haak net buiten de bek bovenop zijn neus vlees heeft gepakt. Ik vind dat vreemd gezien de onderlijnmontage die ik gebruik. Als ik de bek inspecteer, snap ik wat er is gebeurd. In de bek zit een klein sneetje waar de haak eerst vlees heeft gepakt en dus tijdens de dril is losgeschoten om daarna bovenop de neus wederom vlees te pakken. Dit keer heb ik mazzel gehad. Het had de zoveelste losschieter kunnen zijn. Een klein bedankje naar boven is wel op zijn plaats. Daarna meten en wegen en de boezemschub blijkt 85 centimeter lang te zijn en 23 pond en 2 ons zwaar. De schub heeft alle kenmerken van de schubkarpers zoals ik die hier op het open water vang. Ze zijn dan wel niet van het type hangbuik en dus veel ponden aan de unster, maar puur natuur zoals ze hier veel voorkomen.

IMG_1119

Ik hang daarna de schub even in de weegzak in het water. Geeft me de tijd om de camera’s op te stellen. Vijf minuten later is dat klaar en kan ik met de mooie schub op de foto en film. Daarna zet ik hem terug en zwemt hij rustig de diepte in. Job done.

De rest van de ochtend komen regelmatig bootjes voorbij. Ik zit langs de doorgaande route en het mooie weer lokt uiteraard mensen om een tochtje met hun boot te maken. De meesten houden afstand als ze me zien liggen, maar er zijn ook een paar die als door een magneet aangetrokken recht op me af komen varen. Als ik opsta en wenk dat ze afstand moeten houden, doen de meesten dat wel. Er zijn ook een paar die me glazig aankijken en hun koers aanhouden. Door te roepen “vislijnen’ en naar de hengels wijzend, snappen die uiteindelijk ook dat bijdraaien ook voor hen beter is.

Rond het middaguur rent het kwik omhoog. Voor het eerst dit jaar kan ik in de korte broek aan het water vertoeven. Met een klein beetje wind uit het zuidwesten is het wel uit te houden. Dat wordt anders halverwege de middag want dan valt plots de wind weg. Ik word vervolgens gekookt, gestoofd en gebraden. Een extra shirtje draai ik rond mijn hoofd als een tulband van een talibanstrijder. Het beschermt mijn hoofd tegen het verbranden door de zon. Door regelmatig te blijven drinken, kan ik ook voorkomen dat ik een zonnesteek op ga lopen. Met de eerste warme dag dit jaar is het oppassen geblazen.

De karpers zijn aan het zwerven geslagen. Op een gegeven moment zie ik  achter de boot wat rietjes bewegen. Als ik heel voorzichtig ga kijken, zie ik een schub van een pond of 10 (ik kan me vergissen) tussen de opkomende rietjes scharrelen. Ik vermoed niet om te azen maar dat het al een soort paalmodus is en dat het een hommer betreft opzoek naar paairijpe kuiters. Ik vrees dat meneer een beetje vroeg is. Maar ja, de hormoontjes…

Pas tegen 8 uur als de zon achter de horizon zakt, koelt het wat af en is de warmte wat dragelijker. Er komen nog een paar boten voorbij maar die houden gepaste afstand. Ik heb 2 hengels aan het begin van de middag aangepast. De linker hengel heb ik de snowman montage in staat gehouden maar meer naar het talud gepositioneerd om scharrelende karpers richting de rieten te onderscheppen. Zo’n gekleurde popup wil nog wel eens een reactie uitlokken. De rechter hengel wordt van snowman naar een enkele 20 millimeter boilie omgebouwd. De 2 schubs van afgelopen 24 uren kwamen allebei op een enkele bodemboilie dus daar wil ik op voort borduren.

’s Avonds check ik de watertemperatuur. Die is van gisteren van 14,3 graden opgelopen naar 15 graden vanochtend en is nu 18,4 graden. 4 graden gestegen in 24 uren. Dat is volgens mij veel teveel. Als het de komende week weer normale temperaturen gaan worden, krijgen de vissen een flinke opdonder. Dat is voor ons als karpervisser niet gunstig. Ik ben dan ook niet hoopvol gestemd voor de komende uren. Bij langzaam stijgende watertemperaturen gaan de vissen steeds meer opzoek naar voedsel. Nu slaan ze dat bijna over en zwemmen waarschijnlijk meteen naar de paaigebieden zonder dat ze weerstand hebben kunnen opbouwen om de paai goed te kunnen doorstaan. Precies een maand geleden vroor het nog en zaten de lijnen aan de hengels vastgevroren. Wat een verschil!

Rond 9 uur begint een klein briesje uit het noordoosten te waaien. Ik vind dat gunstig en hoop dat het briesje aantrekt naar windkracht 2 of 3. Hopelijk gaat dat de karpers activeren om te gaan azen. Het kan zijn dat het toch iets met de vissen in positieve zin doet. Toch sluipt de twijfel in terwijl ik beter zou moeten weten. Het gedrag van de karpers is net zo voorspelbaar als van een schizofreen iemand. Dat maakt ook wel weer het spelletje zo leuk.

Tegen half 12 lig ik al in de slaapzak. De hoeveelheid zon die ik op mijn donder heb gehad, eist wat zijn tol. Dan is het slimmer om de luiken sneller dan gepland te sluiten en in de herstelstand te gaan. Ik lig dan ook snel in dromenland en hoop op positieve ontwikkelingen in de nog komende uren. Die komt sneller dan verwacht.

Net na half 3 krijg ik enkele piepen op de middelste hengel en als ik uit de slaapzak kruip, zie ik de swinger doelloos onder de hengel hangen. Als ik mij richting de hengel beweeg vliegt de swinger omhoog en gaat de vrijloop in de overdrive, één en ander begeleid door muziek uit de Fox beetmelder. Een seconde later sta ik met een kromme hengel in de handen. Zoals de keren ervoor, trekt de karper wat lijn van de spoel om daarna hard en gedecideerd naar rechts te zwemmen. Ik schat de afstand wat in en concludeer dat er meer lijn uitstaat dan me lief is want een 25 tal meters verder op staan wat losse paaltjes in het water. Die kan de karper bereiken als ik die zijn gang laat gaan. Dus er zit maar één ding op: hengel dwars en pompen. Meter voor meter kan ik lijn winnen, maar kan nog steeds moeilijk inschatten waar de karper nu precies zwemt. Heb ik voldoende afstand gecreëerd of niet? Als ik daarna een kolk aan de oppervlakte waarneem, zie ik dat de karper nog veel verder van mij af is dan gewenst. Dus herhaal ik het trucje weer en hoop dat de haak in de bek blijft zitten.

Het gaat wonderwel allemaal goed en even later heb ik de karper onder de top. En daar gaat het gevecht pas echt beginnen. De vijftal minuten  die volgen is het een spelletje van geven en nemen. De soepele carbonstok pareert alle uitvallen en staat af en toe in een mooie curve. De lichte bries zorgt ervoor dat de lijn staat te zingen. Een perfect plaatje en ik geniet met volle teugen. Niet lang daarna kan ik het net onder de karper schuiven en hoef ik me geen zorgen meer te maken over losschieters en dergelijke.

IMG_1130

Op de onthaakmat mag ik dit keer een spiegelkarper verwelkomen. De Kurv Shank maat 4 zit perfect in de onderlip. Liever had ik die achter de onderlip gehad maar dit mag ook al blijft dat velletje een riskante plek voor houvast. Daarna vertellen de instrumentjes dat de karper 79 centimeter lang is en 24 pond en 1 ons zwaar. Ik doe het ervoor. Daarna hang ik de karper in de retention sling naast de boot en mag in het ochtendlicht op de foto. Aansluitend maak ik de onderlijn weer in orde en plaats het hele zaakje op de vangende plek middels een gecontroleerde worp.

Net na vieren word ik wederom gewekt door een fluiter op de rechter hengel. Zelfde ritueel en na de aanslag krijg ik een dreun terug. Daarna kan ik redelijk makkelijk de karper richting de boot dirigeren en ik vermoed dan ook met een kleine wilde schub van doen te hebben. Onder de hengeltop gaat ook deze karper helemaal los en ik heb weinig in te brengen en laat de vis rustig uitrazen totdat hij door zijn energie heen is. Met elkaar duurt het toch nog zo’n 8 minuten voor de karper capituleert. Geen spannende dril maar een dril van de lange adem.

Op de onthaakmat ligt even later een goudbruine schub. De haak zit net in de onderkant zijkant van de scharnier van de bek. Niet ideaal en blijkbaar is 15 centimeter lengte van de onderlijn nog te lang. Dat geeft wel even te denken. Ik maak daarna een paar foto’s van de schub en zet deze weer terug. In mijn logboek noteer ik: schubkarper 75 centimeter en 18 pond exact. En uiteraard nog wat details van de onderlijn, aasmontage enzovoort. Onderlijn vervangen en weer naar de vangende plek werpen.

IMG_1123

Om 6 uur exact krijg ik een langzame zakker op de middelste hengel. Ik sla aan en verwacht min of meer flinke weerstand. Helaas is dat niet het geval en als ik binnen  draai blijkt een klein bleitje zich aan de haak geprikt te hebben. Net voor 8 uur gebeurt hetzelfde op de rechter hengel, alleen is het nu een aardig formaat brasem de veroorzaker. Daarna is het ochtendlicht voldoende om de spiegel op de SD kaarten te vereeuwigen.

Tegen het einde van de ochtend ben ik wel uitgevist. De zon zorgt ervoor dat de temperaturen weer naar ongekende hoogten stijgt. Om te voorkomen dat ik weer gestoofd, gekookt en gebraden word, pak ik alles snel in. Daarna voer ik nog een kleine kilo bollen en koers op mijn gemakje richting trailerhelling. Het valt me in ieder geval op dat ik geen plezierboten tegenkom terwijl ik dat wel – gezien het prachtige weer – wel verwacht. Maar wat kan het me schelen? Nou, eigenlijk helemaal niets. Even het gevoel hebben dat de omgeving van mij is, voelt prettig aan. Komende dagen zal het wel anders worden want dan zal iedereen wel zijn eerste vaartochtje van het jaar willen ondernemen.