15 Juli 2016

Na afloop van de vorige keer weer de stek opgetopt en ook gisteren heb ik de stek voorzien van voer. Alleen iets minder dan anders. Dit keer zo’n 12 tot 15 kilo maïs en 2 kilo 24 millimeter RRF boilies. Hoewel ik afgelopen keren een strook bevoerde in en voor de obstakels, heb ik nu besloten om een iets bredere voerstrook aan te leggen en ook nog verder van de obstakels af. De karpers scharrelen rond de obstakels. Dat is me tot zover wel duidelijk geworden. Omdat ze zo langzamerhand wel gewend zijn dat de tafel gedekt wordt, lijkt het me beter om de voerplek wat verder van de obstakels aan te leggen. Het haakaas niet tegen de obstakels positioneren maar er 5 tot 10 meter ervoor. Dat geeft mij tijd en ruimte om de vissen af te stoppen en te keren. Ik ben natuurlijk niet blij dat de afgelopen keer een karper in de aanbeet al teveel ruimte kreeg ondanks dat ik alles dicht had te staan. Mocht ik nu een weerbarstige karper haken die het op een zwemmen zet, dan heb ik wat speling zonder dat het barsten wordt. Of het werkt zal moeten blijken, maar in theorie klinkt de tactiek in ieder geval goed.

Ik ben vanmiddag wat eerder naar de trailerhelling gereden dan ik in eerste instantie van plan was. Vandaag begint de zomervakantie in het Noorden en ik verwacht dat een hoop mensen een zeilboot zullen gaan huren dan wel een grote kruiser. Bij de trailerhelling moet ik de parkeerplaatsen delen met deze huurders. Ik wil voorkomen dat als ik later aankom, dat ik mijn auto en trailer niet meer fatsoenlijk kwijt kan. Mijn zorgen blijken voor niets geweest te zijn want het is bij de trailerhelling uitgestorven. Dus tien minuten later vaar ik het grote sop op richting de stek.

Na een klein uurtje varen arriveer ik weer op de plek waar ik de afgelopen keren heb gevist. Het is druk op het water met allerlei boten en ik ben even bang dat er eentje op mijn stek bivakkeert. Ook nu weer heb ik mij zorgen gemaakt om niks. Tijd om de tactiek uit te voeren.

Ik anker een stuk verder van de obstakels af en omdat de wind goed staat en minder krachtig is dan gisteren, is het plaatsen van de steekstokken een peulenschil. Aansluitend de drie hengels in orde maken en uitvaren.

Ik verspreid zowel de maïs als de boilies over een groot oppervlakte. Niet veel qua aantallen of hoeveelheid, maar wel goed verspreid. De vissen moeten gaan zoeken. Ik leg nog wel kleine spoortjes van de grote voerplek naar de obstakels toe om de scharrelende vissen er heen te leiden. Of het werkt, zal nog moeten blijken.

Aan het begin van de avond vang ik een paar brasems op de rechter hengel (maïs). Plotseling krijg ik een paar piepen op de middelste hengel en ik zie dat de waker een stukje zakt. Ik ros meteen de stok van de steunen en even meen ik contact te hebben waarna ik als een razende lijn begin op te spoelen. Hoe meer meters op de spoel komen, hoe meer ik in de gaten heb dat ik geen contact heb. En inderdaad even later bungelt de onderlijn intact onder de hengeltop.

Inspectie leert dat de haak wel ergens contact mee heeft gemaakt want die is zo bot als wat. Zelfs slijpen is niet meer mogelijk. Dus de haak maar vervangen en de boel in orde maken. Aansluitend weer uitvaren en een paar boilies verspreid er omheen. Terwijl ik de hengel terug vaar naar de karperboot, overdenk ik wat er precies is gebeurd. Ook nu weer veel vragen en weinig antwoorden. Ik laat het voor wat het is en doe het af als domme pech.

Gedurende de avond vang ik nog twee brasems en voor de rest blijft het stil. Wel is het behoorlijk druk op het water met kruisers, zeilboten en speedboten. Zelfs als het donker aan het worden is, vliegen ze nog over het water vlak voor de grote binnenvaartschepen langs. Die stuurmannen van die grote schepen zullen wel een hartverzakking krijgen als dit soort bootjes in hun dode hoek verdwijnen. Maar ja, de vakantie is begonnen en iedereen is blijkbaar gek in de kop.

Rond half elf draait de wind van west naar zuidwest en neemt af in kracht. Dat laatste is wel belangrijk want anders zou ik mijn boot moeten draaien om de neus in de wind te houden. Bij windkracht 3 is de golfslag een halve meter en het is niet fijn als die op de zijkant van de karperboot beuken.

Rond dezelfde tijd zit ik wat te appen met Wesley Smits. Hij zit ‘ergens’ in Brabant op een karperput te vissen. Afgelopen maanden heeft ie het erg druk gehad met zijn werk en nu weinig puf meer om de visserij goed aan te pakken. Dan maar genieten van een nachtje aan de sloot hangen. Terwijl ik met Wes communiceer via de moderne methoden, krijg ik het bericht binnen dat het hommeles is in Turkije. Gisteravond de vrachtauto die op de mensenmassa inreed in Nice en nu een staatsgreep in Turkije. Het wordt steeds gekker in deze wereld. Gedonder in Zuid-Amerika, in Afrika vechten verschillende figuren elkaar de tent uit en de Filipijnen liggen in de clinch met China over een paar eilandjes die door China worden geclaimd. En dan heb ik het nog niet over wat in het Midden-Oosten allemaal gebeurd. De wereld staat in brand. En iedereen kijkt ernaar en doet (bijna) niks. Ik zal mij verder van enig commentaar onthouden want per slot van rekening gaat dit over het karpervissen op de Friese Boezem.

Tegen middernacht schuif ik de slaapzak in. Af en toe meldt zich een brasem, maar van karpers geen enkele activiteit. Ook regent het licht. Bij het eerste licht vaar ik de maïshengel opnieuw uit om nog enkele aanbeten van vissen uit te lokken. Tot mijn verbazing laten zelfs de brasems het afweten. Ik breek mijn hersenen over de oorzaak. Komt het doordat ik een paar meter voor de obstakels vis in plaats van er tegenaan? In enkele gevallen zou dat zeker de oorzaak kunnen zijn. Bijvoorbeeld als de vissen erg negatief geconditioneerd zouden zijn. Dat is hier zeker niet het geval vanwege het feit dat de karpers op dit water nog nooit ene haak hebben gevoeld. Dus dat kan het niet zijn. Ik vermoed dan ook dat de aanwezige vissen door voor mij onbekende omstandigheden zijn vertrokken. Wellicht door een toename van de recreatievaart en de daaruit voortvloeiende onrust voor het grootste deel van de dag.

SONY DSC

Tegen elf uur draai ik mijn hengels in. Helaas blijkt dat bij twee op de haken allerlei vuil zit in de vorm van takjes en mosseltjes. Nu denk ik niet dat die er al een tijdje op de haakpunt hebben gezeten, maar tijdens het indraaien van de eerste meters erop zijn geprikt. Maar in relatie tot de beetloze periode zou het zo maar kunnen dat daardoor geen actie is voortgekomen. Hoe het ook zij, het is mijn laatste vissessie voor de komende periode. Het wordt mij te druk op het water en ik wil mij niet zitten ergeren over hoe malloten door mijn lijnen gaan varen. Tevens heeft Annette de komende weken vrij en dan kan ik niet maken om elke week twee nachten te gaan vissen. Voor wat hoort wat.