12 juli 2013

Gisteren samen met Cock een deel van het nieuwe water verkend en enkele potentiële stekken uitgepeild. Erg interessante plekken tegengekomen. Ja, hospital eigenlijk teveel mooie plekken gevonden want dan zit je meteen met het probleem op welke stek je gaat starten. Uiteindelijk gekozen voor een stek welke een rietveld beslaat ter grootte van een voetbalveld. Nu is een rietveld op zich niet zo heel interessant, maar dit rietveld bestaat voor het merendeel uit allerlei doorgangen en open stukken. Daar kunnen karpers door heen trekken op zoek naar voedsel. Daar komt nog bij dat de bodem voor en in het rietveld behoorlijk hard is. Als startpunt lijkt het me een prima stek.
Ik heb de plek bevoerd met ongeveer drie kilo gekookte kippenmaïs en 2, click 5 kilo boilies. Omdat ik niet weet hoe groot de witvispopulatie is en het feit dat karpers maïs instant vreten, lijkt het me de meest voor de hand liggende keuze. In het verleden heeft deze combinatie van maïs en boilies succes gebracht. Nu is één dag voeren natuurlijk op groot water niet echt effectief, maar gezien het feit dat de stekken niet echt dichtbij zijn en dus erg veel tijd kosten om te bevoeren, moet ik vanuit deze uitgangspunten starten.
Dat het ver varen was, wist ik al, maar dat ik twee uren onderweg zou zijn, ja, dat was niet ingecalculeerd. Uiteindelijk zou ik pas aan het begin van de avond arriveren. Eerst de karperboot op een anker en steekstokken (dit keer met schroefpunt vanwege de harde bodem) en daarna de drie hengels uitvaren. De linker naar de rietkop naar het wijd toe. De middelste naar een inham in de rietkraag welke een doorgang vormt tot in de rietkraag en de rechter hengel aan de rechterzijde van de rietkraag welke een grote open kom afschermt. Ik voer erg ligt. Een halve kilo maïs en ongeveer een halve kilo boilies verspreid voor en in de rietkraag.
Na de warme hap vaar ik met de Vortex rubberboot nog een rondje om de karperboot. Enkele foto’s gemaakt en een kort stukje film opgenomen. Altijd leuk voor in de wintermaanden. Daarna een uurtje liggen slapen. De drukke week eist zijn tol.

Met een kop koffie een tijdje het water geobserveerd. Ik verwacht geen aanbeten, maar wil toch mijn oren en ogen de kost geven in de tijd dat de natuur zich opmaakt voor de (korte) nacht. Er is weinig te beleven. Ik zie een middelgrote brasem in de buurt van mijn middelste hengel even met zijn rug de oppervlakte doorbreken. Dit had ik wel verwacht en min of meer ook de opzet door met maïs te voeren. Laten ze in ieder geval mijn boilies met rust. Verder valt er weinig te zien op een andere visser na. Die arriveert net voordat het donker wordt en ankert zijn boot aan de rand van de vaargeul. Gelukkig houdt hij zijn navigatieverlichting aan want om het half uur passeert hem of een dieplader of een grote tanker (voor zover ik dat op afstand kan beoordelen). Ik vermoed dat het een snoekbaarsvisser is.
Gedurende de nacht blijft het stil. Geen beten en geen klappen van karpers. Ik slaap een aantal uurtjes, maar 05.30 uur ben ik met een kop koffie in de hand paraat. Het is net na het schemer de tijd om te observeren. Ik zie her en der leven doordat de wind volledig wegvalt. Na een uurtje kan ik al concluderen dat de witvis deze sector ook ontdekt heeft en wellicht heeft het voeren met maïs daar wel voor gezorgd.
Tijdens het eten van een krentenbol zie ik de waker van de middelste hengel in één keer zakken. Uiteraard sla ik aan maar ik voel geen weerstand. Wel zit de onderlijn in de knoop en stelt mij voor een raadsel. Ok, ik kan natuurlijk allerlei oorzaken bedenken, maar ik kan er verder niets mee.
Een uurtje later gebeurd hetzelfde met de linker hengel. Ook hier geen contact na de aanslag. Gelukkig zit de onderlijn niet in de war en een tien minuten ligt deze hengel weer precies op dezelfde plek.
De rest van de ochtend gebeurd en niets en rond half elf vaar ik weer naar huis. Dit keer vaar ik de korte route. Desalniettemin alsnog één uur en drie kwartier onderweg.